De Hamseweg van 1905 tot 1955,
huisje voor huisje (deel 2 en slot)
Truus Kok-Lasseur
Vanaf hier zullen we de Hamseweg op dezelfde manier bespreken als bij de herinneringen van Marie van Putten-Rooke in het maartnummer: eerst de rechterkant, weer vanuit Amersfoort gezien, en vervolgens de overzijde.
Na de Schothorsterlaan kwam eerst een rij van vijf woningen. In het eerste huis op de hoek woonde Arie van Esveld, vóór de oorlog de enige postbode van Hoogland. Later woonde er de familie Van den Hoek; Van den Hoek heeft jarenlang bij Verloren van Themaat op Schothorst gewerkt, zijn vrouw was baker. Na hen kwam hier de familie Kok-van Hamersveld. Hun buren waren de familie Rooke, op nummer 79. Daarnaast woonden de families Van Selm, Hienekamp (na hen Wemsen en Ossendrijver) en op de hoek Kok-van den Tweel. In een tweede rij van vier woningen vond men eerst het gezin van Peel Brundel. Hij was boer, kleennaker en kapper. Als je bij hem door de achterdeur binnenkwam, kwam je eerst langs een koe waarna je linksaf de kleermakerij annex kapsalon inging. Als Peel klanten kreeg om te knippen en te scheren, klom hij van zijn kleermakerstafel af. Hem kunnen we beschouwen als de grondlegger van de huidige kapperszaken Jan Brundel en Mardy elders aan de Hamseweg, eigendom van respectievelijk zijn kleinzoon en achterkleindochters. Na Peel Brundel woonden hier achtereenvolgens de families Van de Coterlet en Ket-Kreijne. In het tweede huis woonde Van Bekkum, respectievelijk Gouw, in het derde huis Catoen, gevolgd door onder anderen Van Wede. Het laatste huis was van Van Breemen, gevolgd door onder anderen Van Drie.
Dan volgde het landhuis van de families Minck en Van der Sluis. Van 1930 tot de oorlog woonde hier burgemeester Grippeling. Na de oorlog werd er een nieuwe woning gebouwd voor burgemeester Laumans; hij woonde er tot de annexatie van Hoogland met zijn gezin.
Op de andere hoek met de Molenweg vond men bakkerij Stolp. In 1952 kwam Co Jansen er als knecht werken; rond 1965 zou hij de zaak overnemen. Daarnaast stond het huis van dokter Fehrman, later dokter Sutorius (nu de oliehandel van De Graaf). Dit huis heeft ook tijdelijk onderdak geboden aan ondermeer de families Hopster en Wiegmink. Ook dokter Verbeek heeft er enige tijd gezeten. Vlak voor de oorlog werd tussen dit huis en smederij Van de Kooij een dubbele woning neergezet. Hier woonden ondermeer de families Van der Hart-Van Dijk, De Vries, Floor en Van Dijk. Smederij Van de Kooij was van de gebroeders Daan, Hannes, Kees en Geurt met hun zus Heintje. In 1931 kwam hun neef Dries in de zaak en in 1937 nam hij deze over. In de volgende dubbele woning was de melk- en oliehandel van Meine de Leeuw gevestigd. In de jaren ’30 trouwde dochter Lotje met Ruifrok, die hier in kwam wonen en er zijn kinderen kreeg. Aan de andere kant woonde vroeger de familie Van Dolderen. Naderhand kwam hier de weduwe van burgemeester Van Boetzelaer wonen. Dat was handig, want haar zoon Job woonde aan de overkant in huize Zonnewende. Dan volgde Davidshof, een dubbele woning. We hebben helaas niet kunnen achterhalen waaraan dit huis zijn naam heeft ontleend. In het rechterhuis woonde Teus van de Hooft, een kleine kolenboer. Later woonde hier Cor Hoogland. Aan de andere kant vond men Sandbrink. Vóór het huis van Van de Hooft stond een pomp. Vroeger behoorde het aan de Armen van Hoogland.
We komen nu bij de smederij van Pank van de Kooij. In de jaren ’50 nam zijn zoon Evert het bedrijf over. Daarnaast volgde de pastorie. Hier woonden achtereenvolgens de hervormde predikanten Riemens, Thomson, Reeser, Wamers, Posthumus Meyjes, Jellema en Bodisco Massink. Even verderop woonde schilder Van Rossum. Na de Tweede Wereldoorlog kwam naast hem Gerrit Ebing wonen. Hij heeft er ongeveer 20 jaar gewoond met zijn gezin. Vervolgens café Schimmel, dat rond 1900 ook een bakkerij omvatte. In het verleden heette dit café overigens het Oude Raadhuis; tot het begin van de achttiende eeuw vergaderden hier immers de schout en de schepenen van Hoogland.
Ter hoogte van de Komhoeklaan stond het boerderijtje van Jan Hak. Hij werd opgevolgd door zijn schoonzoon Jan Koot en deze door de familie G. van den Brink, tot het huis rond 1955 moest wijken voor de aanleg van de Komhoeklaan. Daarnaast stond de bekende kruidenierswinkel van Gradus Pommer. In de arbeiderswoning die er tegenaan was gebouwd woonde Gart van de Pol. Later vond men hier achtereenvolgens de families Van Loenen en F. van Hamersveld. In het volgende witte huis woonde Leenderts. Rond 1920 vertrok hij naar bejaardenhuis Leo’s Oord. Daarna kwam Piet Ebing hier wonen. Piet had kostgangers, waaronder juffrouw Go de Bruijn die voor de oorlog zo’n tien jaar les gaf aan de Hamseschool. Naast Piets huis liep een pad recht naar stellingmolen De Vriendschap. Zijn oudere broer Teus Ebing (nummer 15) was samen met hem de molenaar. Deze korenmolen was de opvolger van de molen die waarschijnlijk tot het midden van de vorige eeuw dicht bij de Ham aan de Molenweg heeft gestaan. Helaas werd de tweede molen in 1940 door Nederlandse militairen in brand gestoken. Bij de molen stonden een petroleummotor voor windloze dagen en een houtzagerij. Hier werden op windkracht aangedreven zagen gebruikt om bomen tot planken te verzagen. Teus had na zijn huwelijk in 1904 naast de school gewoond, maar later ruilde hij met zijn moeder en zus en verhuisde hij naar de overkant. Teus’ zoon Lou trouwde tijdens de oorlog en trok er met zijn vrouw bij in. Lou was de broer en compagnon van Gerrit Ebing, die we al eerder tegenkwamen en die vernoemd was naar hun grootvader Gerrit.
Rond 1940 is hiernaast het pand gebouwd van slagerij Renkers, later Janssen. Rond 1950 en 1960 bouwde Piet Keizer daarnaast zijn huis (nummer lla) en het erachter gelegen meubelfabriekje, op grond van zijn vader. Piet had daarvoor, vanwege de woningnood, met zijn vrouw drie jaar bij burgemeester Laumans ingewoond. De burgemeester was toen zelf nog niet getrouwd, maar volgde binnen twee jaar Piets voorbeeld. Op nummer 11 had Piets broer Ries zijn drogisterij. Hier was in 1854 de latere mgr H. van de Wetering geboren; zijn grootvader was hoofd van de Hamseschool aan de overkant. In hetzelfde pand is in 1896 ook Marie van Putten-Rooke ter wereld gekomen. Achter het huis stond de schilders-werkplaats van Ries en diens broer Hendrik. Van het volgende pand, De Faam, werd in het maartnummer al gezegd dat het voorheen een boerderij annex café en winkel is geweest. Daarvoor echter was het een koetshuis dat behoorde bij het herenhuis Groot Weede aan de overkant. Rond 1930 is hier Dirk Rijnders komen wonen, na zijn huwelijk met de dochter van eigenaar Van Westerlaak. Nog steeds is het in handen van de familie Rijnders. De bakkerij van Wernsen (nummer 3) is in 1941 gebouwd op grond die van De Faam was geweest. Omdat Wernsen in mei 1940 zijn woning was kwijtgeraakt kreeg hij de gelegenheid om hier zijn zaak voort te zetten. Tussen Wernsen en De Faam liep nog een weggetje naar de boerderij van J. Smink, later van de familie G. Roest. Dit is Hamseweg 7. Op nummer 1 zat Koenens timmerwerkplaats, tegenwoordig houthandel Schimmel. Het oude huis is inmiddels grondig gerestaureerd.

We kijken nu naar de andere zijde van de weg. In de jaren ’50 werd schuin tegenover de Schothorsterlaan de landbouwschool gevestigd. Hier woonde jarenlang ‘meester’ J. Willemsen. Dan volgde op nr 68 een groot huis. Van het begin van deze eeuw tot ca 1940 woonde hier Floris Bos, doctor in de klassieke letteren en enig kind van de gelijknamige dokter. Bos jr had niet alleen een hoenderpark, maar was ook bekend vanwege zijn mooie paarden en zijn koetsje. Later had dokter Verbeek hier jarenlang zijn praktijk. Daarnaast bouwde men na de oorlog een dubbel huis voor de families Hopster en Hulsegge. Op de hoek van de Van Boetzelaerlaan woonde sinds ongeveer 1935 de familie De Jong.
Op de andere hoek stond het Hotel. De eigenaresse, mevrouw Dunnebak, werd verzorgd door de familie Van de Berg-Pommer, die het later ook van haar erfde. De vader van Lodewijk van de Berg was gehuwd met een Hillegonda Dunnebak. Mevrouw Dunnebak zal dus familie geweest zijn. Mevrouw Van Putten-Rooke herinnerde zich dat dit pand vroeger door een, waarschijnlijk Duitse, organisatie als vakantiehuis Nieuw Waliën werd gehuurd. Haar zuster Da hielp er wel eens koken. We hebben hiervan verder geen bevestiging kunnen krijgen. De naam Nieuw Waliën komt weliswaar voor op een topografische kaart van 1905, maar de preciese ligging is niet duidelijk. In de eerste helft van de negentiende eeuw was in het Hotel herberg De Klok gevestigd. Uit een advertentie van het einde van die eeuw bleek het inmiddels te zijn omgedoopt tot hotel De Ham. In 1918 nam de familie Speelberg-Van Ree met opoe Speelberg hier haar intrek. Toen werd het uitsluitend een ruim dubbel woonhuis, met geregeld inwoning. Het huisnummer was 62-64.
Achter het Hotel in de Weesche Steeg (Van Boetzelaerlaan) had de familie Van de Berg een woning gebouwd. Tot omstreeks 1920 woonde er Job Kuijer. Hij begon hier als fietsenmaker. Rechts was zijn woning, links zijn winkel met werkplaats en schuur. Pas naderhand werd hiervan een dubbele woning gemaakt. Kuijer was de eerste in Hoogland die over een auto beschikte, tweedehands weliswaar, met kaarsverlichting; de wagen moest uiteraard aangezwengeld worden. Naast het Hotel had de familie Schimmel-Stolp een boerderijtje en meelhandel. Na hun vertrek werd de boerderij voortgezet door G.J. Gerritsen. Daarnaast woonden de ouders van wagenmaker Van Ree (deze woonde zelf achter bakkerij Van de Hoven aan de tegenwoordige Bik). Na Van Ree sr woonde hier timmerman M. van Rossum en later zijn dochter, die met P. Brugman was getrouwd. Daarnaast vond men Zonnewende. Dit huis was in 1918 voor Den Beer Poortugaal uit Amersfoort gebouwd. Sinds 1922 woonde er de familie Van Boetzelaer. Job van Boetzelaer had er zijn groenten- en druivenkwekerij. In de jaren ’50 is Zonnewende totaal herbouwd door Bosman. Daarnaast zijn in 1950 en 1960 twee nieuwe huizen verrezen. Henk van Noordenburg bouwde in 1950 het eerste deel voor Job van Boetze1aer. Van Bekkum bouwde er tien jaar later aan de linkerzijde een woning bij voor echtpaar Kok-Van Boetzelaer een woning (respectievelijk de nummers 50 en 50a). Vervolgens kwamen de huizen van de families Brundel, De Bruin (later Van de Beek) en Van der Hart (later de familie G. Willemsen). In dit laatste huis woonde sinds 1936 de familie De Boer (in 1996 vervangen door de nieuwe pastorie). Dan volgde de Hervormde Kerk, in 1842 ontworpen door stadsarchitect B. Ruitenberg. Hiernaast woonden achtereenvolgens de kosters E. Wernsen, C. de Graaf en B. van den Beld.
Het nu volgende rijtje huizen heet vanouds de Vinkenbuurt. Op de hoek woonde de familie J. Wernsen, die in 1938 naar de Bunschoterstraat vertrok. Zij werd opgevolgd door de familie Van den Hoek-Ham. Dan volgde Hendrik Kreijne met zijn winkel in manufacturen, klompen enzovoorts, daarnaast de kruidenierszaak die zijn broer Theo imniddels van hun vader Hendrik sr had overgenomen. In dit rijtje zat vervolgens schoenmaker Teus Steenbeek en na hem schoenmaker Den Ouden. In het een na laatste huis begon rond 1930 Gerrit Kreijne achter in zijn tuin zijn rijwielzaak. Aan het einde van de rij woningen (waar nu snackbar De Hamse zich bevindt), woonde vroeger Steven Pommer, die later naar De Bilt verhuisde. Na hem woonde hier de familie Van den Tweel, die er lange tijd een slagerij had. Naast de Vinkenbuurt kwamen na de oorlog kapper Kees van de Kooij en de brandweerkazerne. Voorheen was de brandspuit ondergebracht in een vertrek achter de aangrenzende school. Hier was ook een cel gebouwd voor arrestanten. In de woning bij de Hamse school huisde 35 jaar lang het schoolhoofd, B. T. Bremer. Toen de openbare lagere school in 1919 werd omgezet in een protestants-christelijke werd Bremer opgevolgd door H. Feenstra en van 1926 tot 1958 door H.C. van den Broek. Aan de andere kant van de school stond de woning van Teus Ebing, die we al tegen kwamen. Hier woonde rond 1925 de familie Van Oostrum en later de familie Bus. Hiernaast vestigde zich rond 1935 de rijwielzaak, later garage, van de familie Gerrit Kreijne, die voorheen in de Vinkenbuurt zat. Hun buren waren de families G. van de Mast en J. Keizer, respectievelijk halfbroer en neef van L. Keizer sr op nummer 11. Deze woning is in de jaren ’50 vervangen door nieuwbouw. Hier gingen toen twee gezinnen Roest wonen. Bakkerij Van den Hoven is sinds de jaren ’60 van de vorige eeuw gevestigd op de plaats waar voorheen het herenhuis Groot Weede stond. De bakkerij werd aan het begin van deze eeuw gesloopt en vervangen door nieuwbouw. Op de andere straathoek stond het gemeentehuis (in de jaren ’70 vervangen door het pand van dokter Peet). Daarnaast vond men van 1907 tot ca 1953 postkantoor Renkers.
Hiermee zijn we aan het einde van onze tocht over de Hamseweg gekomen. We sluiten dit artikel af met een lied dat ds Riemens in 1906 maakte ter gelegenheid van het 25-jarig jubileum van burgemeester Van Boetzelaer. Beiden hebben immers in Hoogland zo’n belangrijke rol gespeeld. De toen tienjarige Marie Rooke onthield het haar leven lang:
Burgemeester leef! Mevrouw leef! Zoo juichen stem en snaren.
Dat God u vreugde en voorspoed geef en menig tiental jaren.
Niet één zij meer bemind dan gij.
Dat zingen, ja dat bidden wij. 2x
In feestdos hier, in feestdos daar
en groen en bloemen in het haar
die staan zo mooi op het feest. 2x
En ieder gaat van pure pret
veel later als gewoon naar bed
met opgeruimde geest. 2x
Wie Hooglands grondgebied bewoont, wie huist in Ham of Veen;
die ergens zich in ‘t dorp bevindt, blijft heden niet alleen.
Hij stemm’ met ons vereend van zin, met ouderdom en jeugd,
een lied op burgemeester in: een lied vol dank en vreugd. 2x
Burgemeester leeft Mevrouw leeft Zoo juichen stem en snaren.
Dat God u vreugde en voorspoed geef en menig tiental jaren.
Niet één zij meer bemind dan gij.
Dat zingen, ja dat bidden wij. 2x
In feestdos hier, in feestdos daar
en groen en bloemen in het haar
die staan zo mooi op het feest. 2x
En ieder gaat van pure pret
veel later als gewoon naar bed
met opgeruimde geest. 2x
Wie Hooglands grondgebied bewoont, wie huist in Ham of Veen;
die ergens zich in ‘t dorp bevindt, blijft heden niet alleen.
Hij stemm’ met ons vereend van zin, met ouderdom en jeugd,
een lied op burgemeester in: een lied vol dank en vreugd. 2x