Tekst: Gijs Hilhorst
Uitgave en reproductierechten: Historische Kring Hoogland
Deze tocht is door de Historische Kring Hoogland gefietst op 27 september 1997, maar kan ook heel goed zelfstandig worden gemaakt, eventueel vanaf een ander vertrekpunt. Een idee voor het voorjaar?
Vertrekpunt is dorpshuis De Dissel, Van Tuijllstraat 36 te Hooglanderveen. Hooglanderveen is ontstaan toen het gebruik van de grond intensiever werd. Oorspronkelijk was het land in bezit van grootgrondbezitters of behoorde het bij de grotere boerderijen van Hoogland. Dit land werd gebruikt voor turfwinning, voor de kachel en het fornuis. Het gebied waar turf werd gestoken was niet groot en liep ongeveer van de Landweg schuin tot aan de grens met Hoevelaken, waar nu de spoorlijn doorloopt.In 1830 was de Van Tuijllstraat nog lang geen dorpskern. Er stonden maar vier huisjes: woningen van de families Van de Hoven, Schoonderbeek en Smink en Het Houteveen (respectievelijk nummers 1, 7, 17 en 22). Van de huisjes in de Bombiezen stonden de meeste er wél.
Vanuit De Dissel gaan we linksaf, maar eerst kijken we nog naar rechts. Daar zien we aan de rechterzijde van de weg boerderij De Keut. Het erf van deze boerderij is al eeuwenoud. De naam betekent keuterstede (kleine boerderij) tussen de buitenvelden (heidevelden) van De Hoef en het veengebied.
Op de Van Tuijllstraat nemen we de eerste straat rechts, de Holleweg. Vandaar gaan we rechtdoor naar de Eindweg. Hier stonden al in 1830 drie huisjes. De twee aan de rechterzijde zijn inmiddels verbouwd, maar het huis aan de linkerkant (familie Van de Water) is nog bijna in zijn oorspronkelijke staat: een klein boerderijtje met ruimte voor enkele koeien en een boomgaardje voor eigen gebruik.Bij de snelweg buigt de weg naar links en heet nu Scheidingsweg. Dit was de grens tussen Utrecht (links) en Gelderland. Vroeger was het een dijkje om het water uit Gelderland te keren. In 1601 klaagden de Geldersen bij de Malen van Hoogland dat er een dijk werd aangelegd vanaf boerderij De Locht naar het noorden. Zo kon het water van de ‘mannen van Hoevelaken’ niet meer via de Malewetering in de Eem geloosd worden, ‘zoals altijd gebeurd is, zolang de memorie strekt’. Maar hun protest was vergeefs. Later is men de dijk als weggetje gaan gebruiken. Vóór de aanleg van de Nijkerkerstraat rond 1830 kwam hier het verkeer tussen Amersfoort en Nijkerk over. Mede daardoor kwamen er al spoedig links enkele huisjes te staan. Het witte huis links (nr 5, familie Ham) geeft nog een goed beeld van zo’n woning. Dit huis dient dan ook zeker bewaard te blijven. Op de gevel staat het jaartal 1802.
Als we de Scheidingsweg vervolgen komen we bij een splitsing. Recht vóór ons staat de nu verbouwde boerderij Het Zandhuisje. Deze is bijna 300 jaar bewoond geweest door de familie Van Zuilen. De boerderij is na de Reformatie tot begin 18e eeuw als rooms-katholieke schuilkerk gebruikt. In De Bewaarsman van april 1996 staat een handgeschreven prentje uit 1719, ter gedachtenis aan een eerste communie gedaan in het Zandhuisje. Omdat de pastoor van Hoogland de leer der Jansenisten (oud-katholieken) aanhing zijn sommige katholieken ook na de bouw van de Hooglandse kerk in 1696 nog lang hier blijven kerken. Voor Hooglanderveners was het bovendien heel wat dichterbij.Bij de splitsing slaan we linksaf. Aan het einde van de Scheidingsweg zien we de spoorlijn Amersfoort-Zwolle. Deze is rond 1860 aangelegd. Over de spoorlijn zien we meteen links aan de Verbindingsweg een huis van vóór 1825. Hier begon bakker Van de Kletersteeg rond 1925 zijn bedrijf. We houden links aan. In de bocht naar links staat de boerderij waar Hendrik van de Hoef in 1901-’08 aan dominee Riemens gelegenheid gaf om bijbellezingen te houden, op de deel tussen het vee.We komen nu op de Veenweg en houden links aan. Aan deze weg (net als aan de Landweg en Bombiezen) stonden vroeger veel kleine arbeiderswoningen. Ze waren vaak gebouwd op erfpachtgrond van grootgrond-bezitters, die elders woonden. In enkele gevallen behoorde de grond aan de Armen van Hoogland; soms bouwden de Armen een huisje op grond van anderen. Rond 1770 zijn veel van de huisjes gebouwd door arbeiders van elders, vooral uit de Achterhoek. Hierbij waren de families Pasker, Brundel, Mossink, Epskamp en waarschijnlijk ook Eijbergen.
Aan de linkerkant van de Veenweg zien we boerderij De Hut (nr 4, Jan Steenbeek), die nog een oorspronkelijke inrichting heeft. Aan de andere kant van de weg staat het evangelisatiegebouw Bethel (= huis van God), waar ds Riemens en zijn opvolgers bijeenkomsten hielden, tot vier jaar geleden. De Veenweg eindigde vroeger bij Het Kippenest (rechts, nr 3). De verbinding met de Heideweg bestond uit een voetpad, dat rond 1850 werd verhard en verbreed. In de bocht naar rechts slaan we linksaf het Kerkpad in. Er waren in de omgeving veel van dit soort kerkpaden, een soort overpaden voor wandelaars.Als we op de Heideweg komen slaan we rechtsaf. Links zien we restaurant Houtrust, dat oorspronkelijk Houdt Rust heette en een uitspanning was voor reizigers. Verderop links stond op de hoek met de straat Sterrebos links de lagere school. Eerst was deze openbaar, later protestants-christelijk. Een stuk verderop links (nr 85) staat boerderij De Vathorst. Dit is de naamgever voor de nieuwe Amersfoortse wijk, eenvoudigweg omdat het vanuit de stad de eerste boerderij is. Het erf was al eeuwenoud toen jonkvrouwe Agnes Geertrui Maria Schadé uit Utrecht het in 1785 verkocht aan IJsbrand van der Heijden. De boerderij was toen 36 morgen (ca 31 ha) groot en kostte 7500,-. IJsbrands zoon Gerrit verkocht de hoeve in 1825 aan Tijmen van Bennekom, hypotheekbewaarder te Amersfoort. Nadien is het herengoed (niet in bezit van boeren) gebleven; dat is aan de royale bouw duidelijk te zien.Verderop rechts zien we toch nóg een boerderij, De Langerijst. Rijst betekent plaats. Deze boerderij was 150 jaar lang eigendom van de familie Foeyt, Heren van Emiclaer. In 1764 kocht grootgrondbezitter Wouter van Huissteen De Langerijst. Later is het nog eigendom geweest van Cornelis Pull en van Wous van Zuilen, daarna van de Sint-Jozephparochie van Hooglanderveen. Aan de andere kant stond 100 m van de Heideweg vroeger een tabaksschuur die bij de boerderij hoorde, maar nu een aparte boerderij is van Job van Wee.
Bij De Langerijst slaan we rechtsaf de Lindeboomseweg in en daarna weer rechts over de Duisterweg. Duist of duust is een grassoort. Het gebied aan onze rechterhand is een zelfstandig poldertje geweest. In veel oude akten schrijft men over de Duisteren gelegen in het gerecht Emiclaer. Aan het slagenlandschap en de sloten is nog duidelijk te zien dat dit gebied vrij laat in cultuur is gebracht. Dat kwam doordat de waterschappen van de Male- en de Calveensche Wetering niet bereid waren waterafvoer via hun gebied toe te staan. Na enige processen mocht het water in 1615 dan toch door de Malewetering, zij het tegen betaling en onder veel andere voorwaarden. Toen bestonden alleen nog boerderij De Duist (nr 2, Gerard van Dijk) en het Duisthuisje (nr 5, Geurt Hilhorst). De andere slagen waren in bezit van grotere Hooglandse boerderijen als Zielhorst, Emiclaer, de Oude en de Nieuwe Hooft, de twee Geren en de Langerijst. De eerste boerderij die we nu tegenkomen (nr 1, Job Roest) is Dombos. Deze is zo genoemd omdat de grond oorspronkelijk eigendom was van de Sint-Paulusabdij te Utrecht: het bos van de Dom. De boerderij is rond 1835 gebouwd door Jan van Putten. Daarna zien we de al genoemde boerderijen Duist (gelegen aan een oprijlaan) en Duisthuisje, met fraaie gevel en een oorspronkelijke dubbele schouw voor heerd en deel.
Nadat de Duisterweg iets naar rechts is gebogen naderen we een driesprong. Links zien we nog de boerderij Amedijk (= eind van de dijk). Het was een fraai huis, dat echter als gevolg van de bestemming van dit gebied voor nieuwbouw is verwaarloosd. Ook zijn het toegangshek en de schuren al verwijderd.
Over de driesprong zijn we weer op de Veenweg, ook een dijk. Het water was hier in het verleden vijand nummer 1; niemand wilde het hebben. Ook over dit dijkje zijn dan ook veel processen gevoerd en requesten geschreven. De Geldersen hebben de dijk vaak doorgestoken, zodat het Laakwater via de Calveensche Wetering naar de Eem kon stromen. In 1632 werd daarover een vergadering belegd in de Sint-Joriskerk te Amersfoort, waar meestal zulke bestuurszaken werden besproken. De Geldersen beloofden beterschap, maar eer de Hooglanders en Zevenhuizers thuis waren was de dijk alwéér doorgestoken. Met rieken en hooivorken werden de boosdoeners verjaagd!Even verder links zien we de Roevoeterstraat, een naam waarvan de herkomst niet duidelijk is. Deze leidt naar naar Palestina (Nijkerk). Het buurtje bij de splitsing noemt men Buurtsdijk (buurt aan de dijk). Wij blijven echter de Veenweg volgen.Aan de andere kant van de Veenweg zien we een verhoging in het landschap, de Broodheuvel. Later is daar een boerderij gebouwd die de naam heeft overgenomen. Verderop rechts staat boerderij ’t Hemeltje, in 1729 door de Vrouwe van Emiclaer verkocht.
Verderop links herkennen we aan de naamborden de zeer oude boerderijen Het Gagelgat (gagel = houtgewas in het water) van de familie Schoonderbeek en De Vossestaart van de familie Blom. Vervolgens komen we op het gedeelte van de Veenweg dat we al eerder hebben gezien. We blijven de weg gewoon volgen en komen via de Van Tuijllstraat weer bij De Dissel.Over de spoorlijn zien we meteen rechts de fundamenten van de landbouwcoöperatie De Eemstroom (1917-1995). Lange tijd kochten de boeren uit de wijde omgeving hier hun zaai- en pootgoed, veevoer, gereedschap en brandstoffen in. Het was het begin van de groei van de dorpskern Hooglanderveen: er kwam een Sint-Jozephkerk, het bejaardenhuis Sint Jozeph en een nieuwe school. De oprukkende woningbouw deed zich echter al voelen toen Amersfoort in 1984 groeistad werd. In tien jaar tijd daalde het aantal leden van de coöperatie van ca 400 tot enkele tientallen. Een fusie met Arkervaart te Nijkerk was onafwendbaar en De Eemstroom zelf ging tegen de vlakte. Zo markeerde de kolos die lange tijd de Hooglanderveense horizon bepaalde het begin én het einde van het dorp waarin de huidige bewoners zijn opgegroeid.