2008-2-3 Watersnood in Eemland 1916

Herinneringen van de familie Rooke
INEKE BOS-ROOKE

In de nacht van 13 op 14 januari 1916 breekt de dijk door ter hoogte van De Drie Sluizen in de buurt van ijsbaan De Maat, bij Coelhorst en bij Krachtwijk. Hierdoor komt alles in de wijde omtrek onder water te staan. De Zuiderzeedijken ten westen en ten noorden van Nijkerk bezwijken ook onder het natuurgeweld. Dit is het verhaal dat ik van mijn ouders heb gehoord, want ik was destijds nog niet geboren.

Aan de Coelhorsterlaan naar de Eem, bij boerderij De Brink en bij de familie Voskuilen aan de Slaagseweg moest men mens en dier in veiligheid brengen. In het jachtopzienershuisje van Coelhorst stond het water tot aan de opkamer, een klein kamertje boven de kelder.

De familie Rooke in het bootje. Leonard. Martin aan de moter. Martha Rooke-Prins. Ineke (het kleinste meisje). Corrie en Coby. Alle foto’s zijn gemaakt rond het zilveren huwelijksfeest van de ouders in 1937 (alle foto’s collectie auteur

Leo Rooke (mijn vader) woonde daar met vrouw en twee kinderen van twee en één jaar. Er waaide een zeer krachtige westerstorm en het water bleef stijgen. Rooke moest snel iets bedenken; goede raad was duur.

 

De familie op een muurtje. Van links naar rechts: Henri. Govert Omvlee. Ineke. Leonard. Martin. Staand Corrie en Martha

Eigenlijk was het niet te doen
Leo was in het bezit van lieslaarzen. Met die laarzen aan ging hij naar de buren, de familie Herder. Hij overlegde met Kees Herder hoe hij zijn gezin in veiligheid kon brengen. Ze besloten om met z’n tweeën in een gierbak naar het botenhuis aan de Eem te varen, om daar de roeiboot op te halen. Door de wilde wind­vlagen was het eigenlijk ondoenlijk. Ze lagen voortdurend dwars op het water en botsten van de ene boom naar de andere. Toch zijn ze bij het botenhuis aangekomen. Daarin lagen een werry (een kleine lichte boot) en een roeiboot.
Toen de deuren opengingen dreef de werry al direct weg. De roeiboot konden ze nog wel te pakken krijgen, weliswaar zonder riemen. Er kon dus niet geroeid worden. Ook daar werd iets op gevonden. Door een dik touw aan de boot te bevestigen en dat dan vervolgens om zijn middel te doen trok Leo de boot naar zijn huis. Hij haalde zijn vrouwen kinderen, twee honden en een zak met kip­pen door het raampje in de boot. Behalve de krachtige wind hagelde het ook nog vreselijk hard, zodat de gezichtjes en handjes van de kinderen beschermd moesten worden. De afstand naar Huis Coelhorst was niet zo ver, maar het was een vreselijke tocht. Leo’s lieslaarzen liepen helemaal vol.

Marie van Putten-Rooke (1896-1992) was een zus van Leo Rooke. Hun vader had een horlogewinkel aan de Hamseweg, als je het dorp uitrijdt in het tweede huisje links vóór de Schothorsterlaan (nu nr 79). Daar woonde zij nog in 1916.
Zij kwam als meisje veel bij de Schans aan de Eem. Nu zag zij het water ver­ontrustend hoog staan. Ze holde vóór het opkomende water uit naar het dorp. Maar toen ze waarschuwde dat het water er aan kwam wilde men haar niet geloven!

Uit: Truus Kok-Lasseur, ‘De Hamseweg van 1905 tot 1955, huisje voor huisje (deel 1)’, De Bewaarsman 3 (1997) 22-28

Zittend vlnr, Leonard. Ineke. Martha, staand Martin. Corrie. Coby: achterste rij Leo jr. Henri
Huis Coelhorst en de Bellenboom (collectie Peter Kok)

Onderkoeling
Aangekomen bij de Bellenboom zakte hij vervolgens in elkaar, ten gevolge van uitputting en onder­koeling. Dat was een boom vóór het kasteel, waar een bel in hing die om 12 uur geluid werd als het personeel kon gaan eten. Baron Van Tuijl en het personeel schoten te hulp en brachten moeder, kinderen en beesten in veiligheid. Leo werd bijgebracht met de nodige cognacjes en droge kleren.
Toen hij weer aardig was opgeknapt wilde de baron wel graag naar het gemeen­tehuis. Hij was toen burgemeester en vond dat hij daar hoorde te zijn, om eerste hulp te bieden bij verdere calamiteiten. Toen begon de verschrikkelijke tocht weer opnieuw. Met gevaar voor eigen leven trok Leo de boot met de burgemeester door het water, tot aan het café ‘t Hoekje bij het begin van de Oudeweg. Daar kon men weer voet aan wal zetten en moest de burgervader verder te voet gaan.

Naar huis
Toen het water na enkele dagen was gezakt ging het gezin Rooke weer naar hun eigen huis. Tenminste, het kon weer bewoonbaar worden gemaakt!
Hoe is het verder gegaan? Niemand heeft iets aan het gebeuren overgehouden. Het gezin kreeg nog vier kinderen. De twee die de overstroming hebben meege­maakt zijn al overleden. De oudste was ook een Leo Rooke, geboren op 20 januari 1914 en overleden op 11 mei 2007. De tweede zoon werd Henri genoemd, naar de baron; hij is geboren op 9 januari 1915 en is overleden op 4 juli 1999. De jongste vier kinderen zijn nog in leven. De oudste dochter wordt dit jaar 91 en woont in Nijmegen de andere drie wonen in Hoogland.

Bronnen
Maarschalkerweerd Philip e.a. (red.), Door de Bank genomen. Hoogland 1896-1996 [Hoogland 1997] Raven Gerard, ‘Wie liggen er begraven in de kapel van Coelhorst?’, De Bewaarsman 9 (2003) 49-60 Vos Robert, ‘Watersnoodramp 1916’, De Bewaarsman 13 (2007) 61-69